In het tijdschrift ‘Voetbal- en Sportjuridische Zaken’ verscheen onlangs een artikel van onze advocaten Irene Francken en Inge Arts over de vaccinatieplicht in de topsport. In het artikel wordt onder andere ingegaan op de mogelijke verplichting van het vaccinatiebewijs door de werkgever en de arbeidsrechtelijke gevolgen van de weigering om een vaccinatiebewijs te tonen door werknemer. In dit blog een verkorte weergave van het artikel.
Het vaccineren van topsporters leidt wereldwijd tot vele discussies. Deze zien ook op arbeidsrechtelijke aspecten, nu topsporters en sportclubs vaak ook in een werkgever-werknemer verhouding tot elkaar staan.
Verplichting vaccinatie en/of tonen vaccinatiebewijs
Op dit moment zijn sporters niet verplicht zich te laten vaccineren, nu personen die beroeps- en of bedrijfsmatig werkzaamheden verrichten bij een evenement uitgezonderd zijn van de coronatoegangsbewijsverplichting. De Nederlandse Grondwet en het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens beschermen de grondrechten onaantastbaarheid van het lichaam en de lichamelijke integriteit. Onder omstandigheden kunnen deze rechten worden ingeperkt. Bij deze belangenafweging moet worden nagegaan of er een legitiem doel wordt nagestreefd, of het middel passend en proportioneel is en of er wellicht minder ingrijpende middelen zijn om het doel mee te bereiken.
Werkgevers zijn verplicht om te zorgen voor een veilige werkomgeving en hiervoor moeten zij alle redelijkerwijs mogelijke maatregelen treffen. In topsport is het meestal niet mogelijk om thuis te werken, 1,5 meter afstand te houden en/of mondkapjes te dragen waardoor werkgevers werknemers in ieder geval in de gelegenheid zullen moeten stellen om zich te laten vaccineren.
Werkgevers mogen werknemers vragen naar hun vaccinatiestatus, maar werknemers hoeven geen antwoord te geven op deze vraag.
Weigering door werknemer
Er zijn werkgevers die hun ongevaccineerde sporters en staff niet willen laten meetrainen met de rest van de ploeg met oog op het risico dat de hele ploeg uit een wedstrijd wordt gezet bij een coronabesmetting. Ook kunnen ongevaccineerde sporters niet altijd mee naar wedstrijden en/of trainingskampen in het buitenland als gevolg van regelgeving per land. Op het moment dat een werknemer hierdoor geen arbeid kan verrichten, is het de vraag welke gevolgen dit heeft voor het salaris en het dienstverband. De hoofdregel is dat het loon verschuldigd is door de werkgever, tenzij de oorzaak van het niet verrichten van arbeid voor rekening van de werknemer komt. In het artikel wordt betoogd dat het salaris niet hoeft te worden voldaan voor de periode dat de arbeid niet wordt verricht, mits er geen alternatieven zijn en mits de inbreuk op het grondrecht van de werknemer gerechtvaardigd is.
Voor het gehele artikel verwijzen wij u graag door naar de website van de uitgever. Bij vragen over dit topic kan uiteraard contact opgenomen worden met Irene.