Casus
In het kader van een reorganisatie komt een werkgever met meerdere vakorganisaties een sociaal plan overeen.
In het sociaal plan staat de volgende vrijwillig vertrekregeling:
“Werkgever biedt binnen wettelijke grenzen (…) een vrijwillig-vertrekregeling aan om zo veel als mogelijk gedwongen ontslagen te voorkomen. Op basis van deze regeling kunnen medewerkers in een groep uitwisselbare functies (…) verzoeken vrijwillig aangemerkt te worden als boventallige medewerker (…)
Werkgever wijst het verzoek toe als met in achtneming van alle verzoeken, de verzoeker door toepassing van het afspiegelingsbeginsel op de groep vrijwillige verzoekers, wordt aangewezen als boventallig.”
In november 2020 informeert werkgever de werknemer dat er een reorganisatie gaat plaatsvinden in zijn functiegroep. Werknemer verzoekt werkgever vervolgens om gebruik te mogen maken van het sociaal plan; hij wil vrijwillig vertrekken.
Vervolgens laat werkgever aan werknemer weten dat hij niet in aanmerking komt voor een vrijwillig vertrek met toekenning van het sociaal plan omdat in zijn leeftijdscategorie geen ontslagen vallen.
Zoals wel vaker het geval is bevat het sociaal plan een bezwaarprocedure. Hoewel de Begeleidingscommissie de werkgever in een door werknemer aangespannen bezwaarprocedure adviseert om de werknemer gelijk te geven, blijft werkgever bij haar standpunt dat de werknemer geen gebruik kan maken van de vrijwillig vertrek regeling.
De werknemer verzoekt de kantonrechter – en later het Hof – om de werkgever te verplichten tot toepassing van de vrijwillig vertrekregeling.
Zowel de kantonrechter als het Hof stellen de werknemer in het ongelijk. Het Hof oordeelt dat de werkgever op juiste wijze heeft gehandeld en dat zij zelfs in strijd met het afspiegelingsbeginsel zou handelen, indien het verzoek van de werknemer wél toegewezen zou worden.
Bij het opstellen van een sociaal plan doet u er als werkgever goed aan om in de vrijwillig vertrekregeling duidelijk te omschrijven in welke gevallen werknemers daarop een beroep kunnen doen en in welke gevallen een dergelijk verzoek door werkgever wordt toegewezen. In dit kader kan worden aangesloten bij het wettelijk afspiegelingsbeleid.
Als werkgever bent u niet gehouden om mee te werken aan het verzoek van een werknemer om de vrijwillig vertrekregeling toe te passen, indien de situatie van werknemer niet onder de regeling valt.
Wij adviseren werkgevers om in een sociaal plan ook altijd een hardheidsclausule op te nemen. Dit maakt een sociaal plan eerder acceptabel voor de vakbond of ondernemingsraad en het geeft de werkgever de gelegenheid om in bepaalde gevallen van het sociaal plan af te wijken of uitzonderingen te maken. |
|