Werkneemster is voor bepaalde tijd t/m 16 september 2020 in dienst bij werkgever. In januari 2020 is aan werkneemster medegedeeld dat haar arbeidsovereenkomst niet zal worden verlengd en dat 16 september haar laatste werkdag is. Vervolgens is werkneemster wel ingeroosterd op 17 en 18 september 2020 en is zij ook gaan werken. Werkneemster vordert doorbetaling van haar loon. De kantonrechter oordeelt dat enkel het voortzetten van de werkzaamheden geen (stilzwijgende) voortzetting van de arbeidsovereenkomst oplevert.

Feiten

Werkneemster is sinds 17 september 2018 in dienst bij Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) voor bepaalde tijd tot en met 16 september 2020. In januari 2020 meldt DJI aan werkneemster dat haar arbeidsovereenkomst niet wordt verlengd en dat 16 september daarmee haar laatste werkdag is. Op 17 en 18 september 2020 is werkneemster (volgens DJI vanwege een communicatiefout) wel ingeroosterd en heeft zij ook gewerkt. Zij heeft ook loon ontvangen over deze werkdagen. Werkneemster stelt zich op het standpunt dat haar arbeidsovereenkomst op 17 en 18 september 2020 stilzwijgend is voortgezet (voor onbepaalde tijd). Zij vordert loon-dorbetaling vanaf 19 september 2020.

Stilzwijgende voortzetting van het dienstverband

Het kenmerk van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is dat deze van rechtswege eindigt na het verstrijken van de duur waarvoor hij is aangegaan. Dit kan anders zijn indien de werkzaamheden na de afgesproken einddatum worden voortgezet. Als hierover geen duidelijke afspraken zijn gemaakt, kan er sprake zijn van stilzwijgende voortzetting / verlenging van de arbeidsovereenkomst.

Op grond van artikel 7:668 lid 4 BW wordt de arbeidsovereenkomst, indien (a) de werkgever de verplichting tot aanzegging niet is nagekomen of (b) sprake is van voortzetting ‘zonder tegenspraak’, geacht voor dezelfde tijd, maar maximaal een jaar te zijn voortgezet. Bij de beoordeling of er sprake is van een stilzwijgende verlenging is van belang of de werknemer op grond van de gedragingen van de werkgever mocht aannemen dat de arbeidsovereenkomst na afloop van de tijd waarvoor deze was aangegaan, (toch) stilzwijgend wordt voortgezet.

Kantonrechter: geen stilzwijgende voortzetting

De kantonrechter oordeelt dat geen sprake is van stilzwijgende voortzetting van het dienstverband. Er is immers in duidelijke bewoordingen aan de werkneemster medegedeeld dat de arbeidsovereenkomst niet zou worden voortgezet. DJI heeft derhalve aan de aanzegverplichting voldaan, zodat artikel 7:668 lid 4 BW geen grondslag kan zijn voor de vorderingen van de werkneemster.

Daarnaast oordeelt de kantonrechter dat werkneemster aan het enkele feit dat zij, ondanks het einde van haar dienstverband, is ingeroosterd op 17 en 18 september en deze dagen gewerkt heeft niet de verwachting kon ontlenen dat de arbeidsovereenkomst zou worden voortgezet. Ter zitting is gebleken dat het voor werkneemster ook duidelijk was dat de arbeidsovereenkomst niet zou worden verlengd, zo nam zij vanaf juni 2020 deel aan een loopbaantraject voor het vinden van een nieuwe baan. Tevens heeft werkneemster op 14 augustus 2020 het werkrooster voor de periode na de einddatum ontvangen waarin achter haar naam ‘Uit dienst’ vermeld staat. Dat DJI werkneemster vanwege een communicatiefout abusievelijk heeft ingeroosterd op 17 en 18 september 2020 kan er onder de gegeven omstandigheden niet toe leiden dat werkneemster erop heeft mogen vertrouwen dat bij DJI de intentie bestond de arbeidsovereenkomst alsnog (voor onbepaalde tijd) voort te zetten.

Tips voor de praktijk: voorkom onbedoelde voortzetting van het dienstverband

Als werkgever is het allereerst van belang om scherp te hebben wanneer een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt en om de werknemer tijdig (uiterlijk één maand voordat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van rechtswege eindigt) en schriftelijk op de hoogte te stellen van het niet-verlengen van zijn arbeidsovereenkomst (de ‘aanzegging’).

Wat betreft het ‘abusievelijk voortzetten’ van de werkzaamheden (na aanzegging) is de rechtspraak wisselend. Uit de bovenstaande uitspraak van de kantonrechter Overijssel volgt dat twee dagen doorwerken na de einddatum geen (stilzwijgende) voortzetting oplevert omdat het werkneemster duidelijk moest zijn (en was) dat de arbeidsovereenkomst niet werd voortgezet. In deze uitspraak van het Gerechtshof Den Bosch is echter wel sprake van stilzwijgende voortzetting: doordat werkgever de werknemer een dag na de einddatum zijn werkzaamheden (tot 15:00 uur) had laten verrichten, mocht de werknemer erop vertrouwen dat zijn arbeidsovereenkomst stilzwijgend was verlengd. Dat de werkgever zich in een dag had vergist, is een omstandigheid die voor rekening en risico van de werkgever komt.

Uit de rechtspraak volgt dat het in ieder geval van belang is om de werknemer in duidelijke bewoordingen aan te zeggen, aldus mede te delen dat de arbeidsovereenkomst na de einddatum niet wordt voortgezet. Het heeft ook voorkeur om de werknemer na de einddatum niet meer toe te laten tot de werkzaamheden. Als dit (abusievelijk) toch gebeurt, is het van belang om niet de indruk te wekken dat de arbeidsovereenkomst, in strijd met de eerdere mededeling, (toch) wordt voortgezet.

Heeft u vragen? Neem dan contact op met L&A Advocaten.

Bron
Rechtbank Overijssel 21 september 2021 (niet gepubliceerd)