Onlangs heeft de Tweede Kamer de ‘Wet werken waar je wilt’ aangenomen. Met die wet mogen werkgevers niet meer zomaar een verzoek van de werknemer tot aanpassing van de arbeidsplaats afwijzen; zij moeten toetsen of, gelet op alle omstandigheden van het geval, de belangen van de werkgever naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid voor het belang van de werknemer moeten wijken. De initiatiefwet moet nu nog door de Eerste Kamer. Meer weten over (de wijzigingen van) het wetsvoorstel? Lees het in deze bijdrage.
Eerste versie wetsvoorstel
Op 19 november 2020 is het wetsvoorstel Wet werken waar je wilt ingediend. De Wet werken waar je wilt wijzigt de Wet flexibel werken. Het wetsvoorstel is ingegeven door de coronacrisis, waarin veel mensen thuis werkten en voorzagen dat zij dat ook ná de coronacrisis zouden willen blijven doen. De Wet werken waar je wilt creëert geen recht op thuiswerken maar heeft als doel werknemers meer vrijheid te geven in hoe zij de balans tussen werken op een werklocatie en thuiswerken willen inrichten. De werkgever mag een verzoek tot wijziging van de arbeidsplaats door het wetsvoorstel alleen nog afwijzen voor zover zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen zich tegen die wijziging verzetten. Voor meer informatie over deze eerste versie van het wetsvoorstel raadpleegt u onze blog van december 2020.
Kritiek op wetsvoorstel
Er was vervolgens veel kritiek op het wetsvoorstel. Zo adviseerde de Sociaal Economische Raad (SER) om het wetsvoorstel aan te passen zodat er een betere afweging van de belangen van de werkgever en werknemer zou plaatsvinden. Het Adviescollege Toetsing Regeldruk adviseerde de Tweede Kamer zelfs om de parlementaire behandeling helemaal niet voort te zetten omdat zij het nut en de noodzaak van het wetsvoorstel niet inzag. In onze blog van november 2021 bespraken wij het advies van het Adviescollege.
Wijziging wetsvoorstel
Naar aanleiding van met name het SER-advies hebben de initiatiefnemers het wetsvoorstel op 9 juni jl. gewijzigd. De oorspronkelijke toets of er sprake is van zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen die zich verzetten tegen de wijziging van de arbeidsplaats, vervalt. Daarvoor in de plaats komt de toets of, gelet op alle omstandigheden van het geval, de belangen van de werkgever naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid voor het belang van de werknemer moeten wijken.
Hiermee moet de werkgever per specifiek geval alle verschillende werkgevers- en werknemersbelangen zorgvuldig afwegen. Tegelijkertijd moet de werknemer ‘een gedegen motivering’ aanvoeren bij zijn verzoek. Hiermee spelen bij het besluit niet meer alleen de belangen van de werkgever een rol maar ook die van de werknemer én wordt het dialoog tussen werkgever en werknemer bevorderd.
Stemming Tweede Kamer
Onlangs (op 5 juli jl.) heeft de Tweede Kamer over het gewijzigde wetsvoorstel gestemd. Ondanks de kritiek, de negatieve adviezen en vele Kamervragen, heeft het voorstel brede steun gekregen in de Tweede Kamer: 125 van de 150 Kamerleden stemden voor.
Eerste Kamer is aan zet
Voordat de Wet werken waar je wilt daadwerkelijk ingevoerd gaat worden, is eerst de Eerste Kamer aan zet. Gelet op de brede steun in de Tweede Kamer, is de kans groot dat ook de Eerste Kamer in zal stemmen. Daarmee zal Nederland het eerste land ter wereld worden met een dergelijke wet.
Heeft u – vooruitlopend op de (mogelijk) nieuwe wetgeving – al vragen over het wijzigen van de arbeidsplaats van de werknemer, al dan niet naar zijn/haar thuislocatie? Dan weet u ons te vinden; L&A advocaten heeft ruime ervaring met adviseren en procederen over thuiswerken en hybride werken.